Alexander, een 9-jarige jongen met spastische diplegie in de onderste ledematen, wordt al enkele jaren begeleid bij een Bobath-therapeute. In lijn met de theoretische concepten van Bobath ligt de focus bij de therapie van Alexander vooral op het verbeteren van zijn bewegingsfuncties. Via actieve oefentherapie, facilitaties en stretching wordt geprobeerd om zijn bewegingen efficiënt, effectief en succesvol te laten plaatsvinden.
Door uiterst bewust om te gaan met actief bewegen en motorisch leren, aan de hand van een diepgaande interactie tussen therapeut, patiënt en omgeving, is een therapiesessie voor Alexander vaak bijzonder vermoeiend. Door gebruik te maken van een interactieve en speelse omgeving blijft hij echter optimaal gemotiveerd.
Gezien het belang van functionele oefeningen binnen een Bobath-therapie wordt bij Alexander vooral gewerkt met relevante bewegingen. Om de therapie optimaal te laten verlopen is het daarbij belangrijk dat de therapeut in nauw contact staat met Alexander zonder dat dit een effect heeft op de exergames die worden gespeeld. Daarbovenop moeten er voldoende mogelijkheden zijn om de Kaye Walker en orthesen van Alexander te kunnen gebruiken tijdens de oefentherapie.
Door gebruik te maken van de aanpasbare exergames op Matti wordt de therapie motiverender voor Alexander. Daarbij kunnen de interactieve vlakken eenvoudig worden verplaatst zodat er voldoende ruimte is voor de therapeute of eventuele hulpmiddelen op Matti. Het nauwe fysiek contact tussen Alexander en de therapeute blijft zo bewaard, waardoor de fundamenten van het Bobath concept gevrijwaard blijven.